Pulsed Field Ablatie vs. Standaard ablatie voor boezemfibrilleren

Boezemfibrilleren is een veelvoorkomende hartritmestoornis, die wordt gekenmerkt door onregelmatige en snelle hartslagen. Het kan leiden tot een verhoogd risico op beroertes, hartfalen en andere ernstige complicaties. Gelukkig zijn er verschillende behandelingsmogelijkheden beschikbaar om boezemfibrilleren te stoppen.

Een veel toegepaste behandeling is het isoleren van de longaderen en de boezems. Dit wordt gedaan door weefsel weg te branden. Voor het wegbranden van weefsel zijn verschillende technieken beschikbaar, waaronder de nieuwe pulsed field ablatie (PFA) techniek naast de standaard ablatietechnieken. Bij de standaard technieken wordt het hartspierweefsel verwarmd (via radiofrequente (RF) energie) of bevroren (cryothermale energie).

In dit artikel bespreken wij de uitkomsten van recente studies, die PFA met cryo- en RF-ablatie vergelijken voor de behandeling van boezemfibrilleren. Het blijkt dat de effectiviteit van PFA en RFA om boezemfibrilleren te stoppen vergelijkbaar is.

Wat is de Pulsed Field Ablatie?

PFA is een innovatieve ablatie techniek, die gebruikmaakt van hoogfrequente elektrische pulsen. Hierdoor gaan de hartspiercellen als het ware ‘leeglekken’, zonder dat het weefsel verwarmd wordt. Dit gebeurt ook bij een RF-ablatie. Net zoals bij de cryo- en RF-ablatie, worden ook bij PFA de longaderen geïsoleerd van de linkerboezem. Hierdoor kan abnormale elektrische activiteit, vanuit de longaderen, de boezem niet meer bereiken. Zo kan boezemfibrilleren niet meer ontstaan.

Wat houden de Cryo-ablatie en Radiofrequente ablatie in?

De energiebronnen, die tot op heden in gebruik zijn om de longvenen te isoleren, zijn van radiofrequente- of cryothermale energie. Bij deze katheterablatie technieken wordt de energiebron en aflevermethode specifiek gekozen door de behandelend arts. Dit is afhankelijk van de individuele situatie van de patiënt.

De uitkomsten van deze techniek laten zien dat één jaar na behandeling ongeveer 70% van de patiënten met paroxysmaal en 55% van de patiënten met persistent boezemfibrilleren vrij is van deze hartritmestoornis.

Vergelijking effectiviteit tussen de PFA en standaard ablatie bij boezemfibrilleren

Het vergelijken van de effectiviteit van PFA, de cryo-ablatie en de RF ablatie voor de behandeling van boezemfibrilleren, is complex. Beide technieken hebben eigen voor- en nadelen. Er zijn echter enkele studies die inzicht geven in de effectiviteit van deze ablatie technieken.

De recent gepubliceerde Manifest-PF studie (Turagam et al. 2023), laat zien dat PFA een vergelijkbare effectiviteit heeft als RF ablatie bij de behandeling van boezemfibrilleren. Beide technieken tonen vergelijkbare succespercentages bij het herstellen van een normaal hartritme en het verminderen van symptomen.

De eerste gerandomiseerde studie is de Advent Trial.  Deze studie is recent gepubliceerd in het toonaangevende tijdschrift New England Journal of Medicine. In deze trial zijn 687 patiënten gerandomiseerd naar conventionele ablatie technieken, zoals de cryo-ablatie of rf-ablatie, of de PFA. Deze studie toont aan dat PFA net zo effectief en veilig is als de andere energiebronnen.

Het voordeel van PFA ligt echter in de gerichtheid en nauwkeurigheid van de behandeling. Dit zorgt voor een kleinere kans op complicaties en mogelijk een recidief van boezemfibrilleren in verhouding met de standaard ablatie methoden.

Conclusie:

In conclusie, zowel Pulsed Field Ablatie als standaard Radiofrequente of cryothermale ablatie zijn behandelingsopties voor boezemfibrilleren. Hoewel PFA een innovatieve techniek is, die een meer gerichte behandeling biedt en daardoor mogelijk de kans op een recidief vermindert, hebben de standaard katheterablatie technieken zich ook bewezen als een behandeling met vergelijkbare effectiviteit. De keuze tussen beide technieken moet worden gemaakt op basis van de individuele situatie van de patiënt en moet worden besproken met een gekwalificeerde cardioloog.