Tussentijdse resultaten: stress en boezemfibrilleren enquête 2021
Via een recente poll van stichting AFIP komt naar voren dat stress een veel voorkomende trigger is voor een aanval van boezemfibrilleren. Op basis hiervan, heeft AFIP een enquête opgesteld om te kijken:
- of en hoe stress tot uiting komt
- wat de effecten van stress zijn
- hoe mensen hiermee omgaan
Meer dan 110 mensen hebben deze enquête ingevuld op het moment van de tussentijdse analyse. De resultaten geven eerste inzichten in ervaringen van mensen die aangeven dat stress een negatief effect kan hebben op de kwaliteit van leven en op boezemfibrilleren. Heb je ook interesse om mee te doen met dit onderzoek? De vragenlijst kan nog steeds ingevuld worden.
De effecten van stress op je lichaam: positief of negatief?
Stress is een breed begrip. Het kan zowel positieve als negatieve effecten hebben. Op de eerste plaats is stress een natuurlijk verdedigingsmechanisme dat gevaar of een (mogelijk) gevaarlijke situatie registreert en je lichaam klaarmaakt om te reageren. Dit leidt tot een zogenaamde ‘vlucht-of-vechtreactie,’ waarbij je lichaam stresshormonen zoals cortisol en adrenaline aanmaakt. Je hartslag stijgt, je ademhaling neemt toe, er gaat meer bloed naar je spieren en hierdoor nemen andere niet-essentiële fysiologische processen af. Dit vindt plaats, zodat er zoveel mogelijk energie beschikbaar is om te reageren bij gevaar.
Echter, kan stress ook ongezond zijn, vooral als het chronisch aanwezig is. Chronische stress kan ontstaan als iemand langdurig onder (hoge) druk staat door bijvoorbeeld werk, privé gebeurtenissen of verminderde capaciteit om met stress om te gaan. Dit wordt ook disfunctionele stress genoemd en kan leiden tot lichamelijke effecten. Door de verhoogde concentraties van stresshormonen raakt je lichaam in disbalans. Terwijl het in een acute stress situatie gunstig is om niet-essentiële functies te onderdrukken, heeft dit ook ongunstige effecten op de lange termijn.
Langdurige stress en boezemfibrilleren
Bij langdurige stress treden fysiologische veranderingen op, bijvoorbeeld een verhoging van bloeddruk, verminderde glucoseregulatie, verhoogde cholesterol en ontsteking reacties. Het is bekend dat deze veranderingen geassocieerd zijn met boezemfibrilleren. Op verschillende manieren kunnen ze zorgen voor bijvoorbeeld fibrose vorming (littekenweefselvorming), structurele veranderingen in het hartspier en kunnen ze een hartinfarct veroorzaken. Dit kan resulteren in een verstoring in elektrische geleiding in bijvoorbeeld de boezem cellen, waardoor boezemfibrilleren kan ontstaan.
Tussentijdse uitkomsten van de enquête: stress en boezemfibrilleren
De deelnemers van de enquête ervaren boezemfibrilleren op verschillende manieren. Waarbij sommigen dagelijks last hebben van boezemfibrilleren, hebben anderen sporadisch een aanval. Ook zijn er grote verschillen in de duur van een aanval. De verschillen variëren van minuten tot aan continu boezemfibrilleren.
Het merendeel (77%) heeft episodes van boezemfibrilleren (paroxysmaal AF), met aanvallen die vaak uren tot maximaal een week duren. Het overige deel is verdeeld over persistent (aanhoudend AF) en langdurig persistent AF (aanhoudend AF, langer dan een jaar).
De meeste deelnemers geven aan stress te hebben. Zo meldt 70% van de mensen vaak tot continu stress te ervaren. In het overgrote deel duren de stress periodes een aantal dagen tot een week. Patiënten met onregelmatige episodes van boezemfibrilleren hebben vaker stress momenten ten opzichte van mensen met langdurig en persistente AF.
.
Effect van stress op boezemfibrilleren klachten
Zoals eerder beschreven, geeft onderzoek aan dat langdurige stress fysiologische effecten heeft. Ook zijn er een aantal studies die psychologische stress onderzocht hebben in AF patiënten. Hoge stress niveaus en stress-gerelateerde klachten zijn gecorreleerd aan een toename in het ervaren van AF symptomen. In de enquête werd er ook regelmatig aangegeven dat stress een trigger is. Terwijl 3% van de deelnemers aangeeft dat stress direct tot een boezemfibrilleren aanval leidt, geeft 52% aan dat bij stress de symptomen toenemen. Echter, 29% van de deelnemers geeft aan dat stress een wisselend effect heeft en 5% meldt dat stress geen trigger is voor boezemfibrilleren en klachten.
Invloed van boezemfibrilleren klachten op stress en welzijn
Ook kunnen klachten als gevolg van boezemfibrilleren aanleiding zijn voor meer stress. Ruim een kwart van de deelnemers geeft aan dat gezondheid één van de oorzaken van stress is. Ook lijkt er een verband te bestaan tussen hoe mensen omgaan met boezemfibrilleren klachten en de mate van stress te bestaan.
Een eerder onderzoek liet zien dat patiënten die symptomen beter begrijpen en hiernaar handelen vaker een hogere kwaliteit van leven hebben en minder stress ervaren dan mensen die niet handelen naar de symptomen. Zo is gebleken dat mensen die activiteiten vermijden en overmatig rust nemen, een verminderde kwaliteit van leven en meer stress ervaren.
Depressie en angst als onderliggende stressfactoren
Depressie en angststoornissen komen ook vaker voor in AF patiënten. Dit kan leiden tot het ervaren van meer symptomen, onafhankelijk van de ernst van boezemfibrilleren. ref In de enquête van Stichting AFIP geeft ongeveer de helft van de deelnemers aan dat het ervaren van angst een rol speelt in stress en daardoor in mogelijk in het verergeren van klachten die gepaard gaan met boezemfibrilleren.
Slaapstoornissen en stress gaan hand in hand
Slecht slapen en vermoeidheid wordt regelmatig genoemd als één van de klachten in stress situaties. Dit komt overeen met enkele fysiologische veranderingen. Verminderde slaap leidt tot de disregulatie in cortisol productie waardoor je lichaam meer stresshormonen aanmaken. Slaapstoornissen en stress gaan hand in hand en zorgen vaak voor een vicieuze cirkel.
Het is onduidelijk of boezemfibrilleren leidt tot meer stress of dat stress juist boezemfibrilleren triggert. Mogelijk is deze relatie van twee kanten. Dit zien we ook terug in de verhalen van deelnemers. Hoe iedereen met stress omgaat verschilt. Het beoefenen van een hobby en sporten/wandelen komen vaak naar voren als een manieren om met stress om te gaan. 10% van de deelnemers geeft aan yoga en/of meditatie te beoefenen. Verschillende wetenschappelijke onderzoeken laten zien dat yoga of meditatie depressie en angst kan verminderen en kan helpen om klachten door boezemfibrilleren te voorkomen. Het is nog onduidelijk of er een relatie bestaat tussen stress vermindering en een vermindering van AF klachten.
Hoe gaat stichting AFIP verder?
Uit de enquête komt duidelijk naar voren dat stress voor veel deelnemers een rol speelt in het hebben van boezemfibrilleren en de klachten die daarmee gepaard gaan.
Ondanks dat de relatie tussen stress en boezemfibrilleren al eerder beschreven is, is nog een uitgebreid onderzoek hierna gedaan. Hier wil stichting AFIP graag verandering in aanbrengen.
Hoe kunnen we meer inzicht krijgen in de relatie stress en boezemfibrilleren? Onlangs is het project CIRCULAR, waar stichting AFIP centraal in staat, gehonoreerd binnen de Nationale Wetenschapsagenda (NWA-ORC). In CIRCULAR gaan we studies uitvoeren samen met de community van stichting AFIP. Stress en boezemfibrilleren gaat hier een onderdeel van uitmaken. Voor dit onderzoek gaan we stress markers meten in mensen met boezemfibrilleren en het effect van stress op boezem-cel functie meten. Daarnaast zijn we samen met RE:SET. begonnen met een pilot studie om de effecten van muziek geluiden op stress te meten. Uiteindelijk willen we onderzoeken of muziekgeluiden een gunstig effect hebben op boezemfibrilleren. Ben je nieuwsgierig naar de muziek geluiden van RE:SET.? Doe mee aan onze muziekgeluiden en boezemfibrilleren trial studie.
De stress enquête is nog open om in te vullen en we wachten extra resultaten af in de loop van de maanden.
Referenties:
Czick, M. E., Shapter, C. L., & Silverman, D. I. (2016). Atrial Fibrillation: The Science behind Its Defiance. Aging Dis, 7(5), 635-656. https://doi.org/10.14336/ad.2016.0211
Fransson, E. I., Nordin, M., Magnusson Hanson, L. L., & Westerlund, H. (2018). Job strain and atrial fibrillation – Results from the Swedish Longitudinal Occupational Survey of Health and meta-analysis of three studies. Eur J Prev Cardiol, 25(11), 1142-1149. https://doi.org/10.1177/2047487318777387
Gisi, B., Althouse, A. D., Mathier, A. S., Pusateri, A., Rollman, B. L., LaRosa, A., & Magnani, J. W. (2020). The unmeasured burden: Contribution of depression and psychological stress to patient-reported outcomes in atrial fibrillation. Int J Cardiol, 302, 75-80. https://doi.org/10.1016/j.ijcard.2019.12.004
Gleason, K. T., Nazarian, S., & Dennison Himmelfarb, C. R. (2018). Atrial Fibrillation Symptoms and Sex, Race, and Psychological Distress: A Literature Review. J Cardiovasc Nurs, 33(2), 137-143. https://doi.org/10.1097/jcn.0000000000000421
Juster, R. P., McEwen, B. S., & Lupien, S. J. (2010). Allostatic load biomarkers of chronic stress and impact on health and cognition. Neurosci Biobehav Rev, 35(1), 2-16. https://doi.org/10.1016/j.neubiorev.2009.10.002
Kornej, J., Börschel, C. S., Benjamin, E. J., & Schnabel, R. B. (2020). Epidemiology of Atrial Fibrillation in the 21st Century: Novel Methods and New Insights. Circ Res, 127(1), 4-20. https://doi.org/10.1161/circresaha.120.316340
Lakkireddy, D., Atkins, D., Pillarisetti, J., Ryschon, K., Bommana, S., Drisko, J., Vanga, S., & Dawn, B. (2013). Effect of yoga on arrhythmia burden, anxiety, depression, and quality of life in paroxysmal atrial fibrillation: the YOGA My Heart Study. J Am Coll Cardiol, 61(11), 1177-1182. https://doi.org/10.1016/j.jacc.2012.11.060
McCabe, P. J. (2010). Psychological distress in patients diagnosed with atrial fibrillation: the state of the science. J Cardiovasc Nurs, 25(1), 40-51. https://doi.org/10.1097/JCN.0b013e3181b7be36
McEwen, B. S. (2017). Neurobiological and Systemic Effects of Chronic Stress. Chronic Stress (Thousand Oaks), 1. https://doi.org/10.1177/2470547017692328
Russell, G., & Lightman, S. (2019). The human stress response. Nat Rev Endocrinol, 15(9), 525-534. https://doi.org/10.1038/s41574-019-0228-0
Staerk, L., Sherer, J. A., Ko, D., Benjamin, E. J., & Helm, R. H. (2017). Atrial Fibrillation: Epidemiology, Pathophysiology, and Clinical Outcomes. Circ Res, 120(9), 1501-1517. https://doi.org/10.1161/circresaha.117.309732
Taylor, E. C., O’Neill, M., Hughes, L. D., & Moss-Morris, R. (2021). Atrial fibrillation, quality of life and distress: a cluster analysis of cognitive and behavioural responses. Qual Life Res. https://doi.org/10.1007/s11136-021-03006-w
Ken je iemand voor wie dit interessant is?